Nephrops norvegicus

Langoustines heten ook wel Noorse kreeftjes. Ze worden maximaal 25 centimeter lang. Hun lengte verschilt per visgrond. Deze kreeftjes zijn roze-oranje tot oranje van kleur met donkere vlekken op de scharen. De kleur hangt af van het leefgebied.

Vaak wordt de langoustine verward met de grote garnaal: de gamba. De langoustine is makkelijk herkenbaar aan zijn lange, dungerekte scharen. De scharen zijn verschillend van opbouw. Ook heeft hij vooruitstekende stekels en voelsprieten op zijn kop.

Leefgebied

Langoustines hebben een groot leefgebied. Ze leven in de Oostelijke Atlantische Oceaan, rond IJsland, Noorwegen en de Faeröer Eilanden tot aan Noordwest-Afrika en in de Middellandse Zee. Maar door de verandering van de temperatuur van het zeewater komen ze steeds meer voor in de vangstgebieden van Nederlandse vissers.

Deze schaaldieren leven tot een diepte van 800 meter op modderige slibbodems. Met hun scharen graven zij een ondergronds gangensysteem. De dieren verlaten pas tegen de avond hun holletjes om voedsel te zoeken.
In de tijd tussen het afzetten van de eieren en het uitkomen van de larven (van de vroege herfst tot de late lente van het jaar daarop) verbergen de vrouwelijke dieren zich in de gangen. In deze periode laten zij zich ook minder goed vangen.

Verkrijgbaarheid

Langoustines worden het hele jaar aangevoerd. De piekperiode in de aanvoer verschilt van gebied tot gebied; in de meeste gevallen zijn de vangsten het kleinst in de winter en het grootst in zomer en vroege herfst. In de handel zijn de periodes voor Pasen en Kerst erg druk.

Nederlandse vissers proberen zoveel mogelijk de schaaldieren intact aan te voeren, vers op ijs. Dat stelt extra eisen aan het vissen, omdat de schaal en scharen van de kreeft niet mogen breken in de netten en aan boord. Van beschadigde langoustines worden alleen de staarten verhandeld.

Maandenjanfebmrtaprmeijunjulaugsepoktnovdec
Verkrijgbaarheid
Legenda
Seizoen gesloten
Kuit periode
Mager
Goed